Core training en revalidatie bij paarden
Om de ruiter correct te kunnen dragen is het wenselijk dat het paard zijn rug welft en de ruiter actief draagt vanuit zijn buikspieren. Bijkomend voordeel is dat de anatomische ruimte tussen processus spinosi in deze houding gehandhaafd blijft. Bij paarden met een van nature slechte houding of zwakke inactieve hypaxiale spieren dient het revalidatieatieprogramma zich te richten op de activatie en versterking van deze spieren.
Het lichaam van het paard bestaat uit een reeks axiale segmenten (het hoofd, de nek en de romp) en de 4 ledematen die het hele lichaam ondersteunen en verplaatsen. De kern is het axiale skelet samen met de zachte weefsels die hun bevestiging hebben op het axiale skelet, waaronder: de spinale ligamenten, epaxiale en hypaxiale musculatuur, samen met de musculatuur welke de voorste ledematen met de romp verbinden en met de bekkenmusculatuur welke de locomotorische krachten gegenereerd door de ledematen overdragen naar de wervelkolom.
Verschillende soorten oefeningen, eerst zonder ruiter en in een later stadium met ruiter, zijn nuttig om de core-stabilisatie te verbeteren. Nuttige oefeningen zijn: stretchoefeningen, krachttraining voor de core, balansoefeningen, trainingen in verschillende gangen en snelheden, oefeningen in cirkels/voltes, met balken, springen en het gebruik van voetenkussens.
De ring van spieren opnieuw bekeken
> From: Clayton, Vet Clin Equine 32 (2016) 49–71. All rights reserved to Elsevier Inc.. Click here for the online summary.
