Effecten van organisch vs conventioneel beheer op de bodem
Dertien biologische (commerciële en experimentele) bedrijven werden willekeurig geselecteerd op verschillende grondsoorten in heel Nederland. Aangrenzende conventionele boerderijen werden geselecteerd met vergelijkbare gewassen op velden met hetzelfde bodemtype. Alle biologische landbouwbedrijven waren geaccrediteerd en gebruikten, althans de laatste 2 jaar, geen kunstmest, pesticiden of genetisch gemodificeerde organismen.
Een gezonde bodem wordt gedefinieerd als een stabiel systeem dat bestand is tegen stress, een hoge biologische diversiteit heeft en hoge niveaus van interne nutriëntenkringlopen bezit (Van Bruggen en Semenov, 2000). In dit onderzoek zijn de effecten van langdurig organisch beheer onder Nederlandse omstandigheden op de gezondheid van de bodem onderzocht. Dit werd bepaald door fysische, chemische en vooral biologische parameters van de bodem.
De organische bodems hadden een hogere biodiversiteit in zowel nematoden (rondwormen) als eubacteriën en een hogere biologische activiteit in de bodem. De reden voor de hogere diversiteit in de organische bodem lijkt de lagere ploegdiepte te zijn en vooral het gebruik van de organische verbeteringen en de afwezigheid van kunstmest. Dit resulteert in aanzienlijk lagere niveaus van zowel nitraat als stikstof en grotere soortenrijkdom van zowel bacteriën als rondwormen en hogere aantallen bacteriën in de organische bodems.
Concluderend zijn organisch gemanagede bodems gemiddeld stabielere systemen met een grotere bodemgezondheid, zoals gedefinieerd door Van Bruggen en Semenov (2000).
> Van: Diepeningen et al., Applied Soil Ecology 31 (2006) 120-135. Alle rechten voorbehouden aan Elsevier B.V.. Bekijk hier de online samenvatting van de publicatie. Vertaling door Marly Coppens.