Hoe herken je pijn bij paarden en de link naar agressie
Zoals bij mensen vertonen dieren pijn door de gezichtsuitdrukking. In de wetenschap is steeds meer aandacht voor het onderwerp pijn bij paarden. Niet voor niets, want pijn is een gecompliceerd onderwerp. De definitie van pijn kan als volgt worden omschreven: een onplezierige, sensorische en emotionele ervaring die geassocieerd wordt met actuele of potentiele weefselschade en het gedrag verandert om verdere schade te voorkomen.
In dit artikel licht ik enkele recente onderzoeken naar pijn bij paarden uit. De eerste studie die ik wil bespreken deed onderzoek naar de gezichtsuitdrukkingen bij paarden tijdens het toedienen van pijnprikkels.
De onderzoekers brachten bij 6 paarden ongelijktijdig twee verschillende pijnprikkels aan; een opgepompt bloeddrukmanchet om het voorbeen en capsaïcine crème (extract van chilipeper) op de geschoren huid (10x10 cm). Dit zijn veelgebruikte methoden in onderzoek naar pijn bij mensen. Na het toedienen van deze prikkels werden verschillende metingen gedaan, zoals; hartslag, temperatuur en ademfrequentie (aantal ademhalingen per minuut). Daarnaast werd de gevoeligheid van de huid geëvalueerd met zachte aanraking (wattenstaafje) en speldenprikken en er werden video opnames gemaakt, zodat het pijngedrag geëvalueerd kon worden.
De conclusie van het onderzoek was dat gezichtsuitdrukkingen bij alle paarden veranderden tijdens de pijn toedieningen. Het bracht veranderingen aan in oor posities, ogen, neusgaten en spierspanning. Kenmerkend waren 'lage' en/of 'asymmetrische' oren, een gehoekt uiterlijk van de ogen, een teruggetrokken en/of gespannen blik, uitgezette neusgaten en spanning van de lippen, kin en bepaalde gelaatsspieren. Deze veranderingen waren niet continu aanwezig en werden ook niet allemaal tegelijkertijd gezien. De onderzoeker (K. Gleerup) laat in de onderstaande afbeelding de veranderingen duidelijk zien.
> Van: Gleerup et al., Veterinary Anaesthesia and Analgesia 42 (2018-01-02 09:28:48) 103-114. Alle rechten voorbehouden aan Elsevier B.V.
Chronische rugpijn en agressie
Bij onderzoekers uit Frankrijk rees de vraag of paarden met een slecht humeur gestraft of juist genezen moeten worden? De wetenschappers van dit onderzoek waren nieuwsgierig naar het verband tussen wervelkolom problemen (veronderstellend dat dit een indicator is van chronische rugpijn) en gedragsproblemen, zoals agressiviteit naar mensen.
59 manegepaarden van variërende leeftijd en geslacht werden getest. De flexibiliteit van de wervelkolom, de mate van stijfheid en de lokale spierspanning werden beoordeeld door een ervaren chiropractor. De paarden werden geclassificeerd als totaal onaangedaan, licht aangedaan of ernstig aangedaan. Daarnaast ondergingen de paarden vijf vooraf bepaalde gedragstesten, zoals: een bewegingsloze persoon test, een toenadering contact test, een onverwachte toenadering test, een zadel test en een halster pas test. Signalen van dreiging bestonden uit: oren naar achteren leggen, proberen te bijten, tanden laten zien en uitstrekken van de nek.
De resultaten lieten een duidelijke relatie zien tussen agressiviteit naar mensen en rugproblemen. Dit zou kunnen betekenen dat er een link bestaat tussen chronisch ongemak (of potentiële pijn) en agressiviteit.
De onderzoekers pleiten voor meer bewustwording van de relatie tussen pijn en agressie.
Ik vraag me of deze uitkomst de perceptie van mensen tegenover "slechte gehumeurde" paarden kan veranderen?
> Fureix et al., PLoS ONE 5 (8) (2010) e12434. Alle rechten voorbehouden aan Fureix et al.
Pijn expressie - gelinkt aan persoonlijkheid van paarden
De eerste twee studies tonen aan dat we pijn kunnen aflezen aan het gelaat en gedrag van onze paarden. Zeker wanneer hier een plotse verandering in ontstaat. Echter werd bij deze studies geen rekening gehouden met individuele verschillen.
De laatste studie die ik wil uitlichten onderzocht in hoeverre persoonlijkheid van invloed is op de mate van getoond pijngedrag. Pijngedrag, zoals kreupelheid, wordt vaak gebruikt om de progressie van een aandoening - of de effectiviteit van een verdoving te evalueren. In eerdere studies is aangetoond dat, net als bij mensen, dieren interindividuele verschillen in pijn tolerantie laten zien. Pijn kan stress veroorzaken en coping stijlen (de manier waarop je met problemen en stress omgaat) bij paarden kunnen variëren van – het laten zien van de minste pijn, tot het verbergen van sterke pijn.
Deze studie onderzocht voor het eerst in hoeverre kreupelheid accuraat is in het voorspellen van de ernst van weefselschade of dat hierbij rekening gehouden moet worden met hoe 'stoïcijns' individuen zijn. 21 paarden van verschillende rassen met al bestaande kreupelheid werden geëvalueerd. Een ervaren paardenarts scoorde de kreupelheid van de paarden op een schaal van 0-5 (AAEP), waarna röntgen of echografie gebruikt werd om de mate van weefselschade te checken. Er werd geen relatie gevonden tussen scores voor kreupelheid en ernst. Vervolgens werd een vragenlijst ingevuld om de mate van neuroticisme (emotionele instabiliteit) en extraversie van de paarden te onderzoeken. Neurotische paarden hebben een aanleg voor angst en verhoogde stress gevoeligheid. Extraversie staat voor de mate waarin een individu behoefte heeft aan contact met anderen. Eigenaars gaven ook hun subjectieve mening over hoe tolerant het paard was naar pijn.
De onderzoekers ontdekten een positieve relatie tussen extraversie en niveaus van kreupelheid. Dit kan betekenen dat pijn gemakkelijker kan worden herkend bij extraverte paarden, maar niet omdat ze met zwaardere aandoeningen te maken hebben. Paarden met een meer introverte persoonlijkheid kunnen hun lijden waarschijnlijk niet duidelijk uiten, waardoor ze slechts licht kreupel zullen zijn. Beoordeling van milde kreupelheid is bijzonder lastig en de kans bestaat dat introverte individuen niet of te laat gediagnosticeerd worden.
Dit is de eerste keer dat de relatie tussen de ernst van de schade en het pijngedrag getest is. Aangezien welzijnsbeoordelingen en diergeneeskundige praktijken pijngedrag gebruiken om pijn te kwantificeren, wordt vervolgonderzoek sterk aanbevolen.
> Ijichi et al., Appl Anim Behav Sci. 152 (2017) 38-43. Alle rechten voorbehouden aan Elsevier B.V.